Retorische vraag


Negatieve beweringen Bewerken

Een retorische vraag kan bedoeld zijn als een uitdaging. De vraag is vaak moeilijk of onmogelijk te beantwoorden. In het voorbeeld: Wat hebben de Romeinen ooit voor ons gedaan? (Monty Pythons leven van Brian) functioneert de vraag als een negatieve bewering. Het is bedoeld om te betekenen dat de Romeinen nooit iets voor ons hebben gedaan !. Toen Shakespeares Marcus Antonius uitroept: Hier was een Caesar! wanneer komt zo iemand? het fungeert als een bewering dat Caesar zulke zeldzame eigenschappen bezit dat ze misschien nooit meer zullen worden gezien. (Julius Caesar, Act 3, scene 2, 257)

Negatieve beweringen kunnen als positief functioneren in sarcastische contexten. Roken kan bijvoorbeeld leiden tot longkanker. Wie weet?! de vraag fungeert als een bewering dat de waarheid van de bewering volkomen duidelijk had moeten zijn.

Retorische vragen als metaforen Bewerken

Retorische vragen worden vaak gebruikt als metafoor voor een reeds gestelde vraag. Voorbeelden zijn te vinden in het lied Maria uit de Rodgers and Hammerstein-musical uit 1959, The Sound of Music, waarin de Hoe los je een probleem als Maria op? wordt herhaaldelijk beantwoord met een andere vraag: Hoe vang je een wolk en speld je hem vast ?, Hoe houd je een golf op het zand? en hoe houd je een manestraal in je hand? Deze reacties kunnen worden opgevat als een bewering dat “het probleem van Maria” niet kan worden opgelost; en bovendien geeft de keuze van wolk, golf en manestraal als metaforen voor Maria inzicht in haar karakter en de aard van het probleem.

In de volksmond wordt deze vorm van retorische vraag meestal gezien als retorische bevestiging, waarbij de zekerheid of overduidelijkheid van het antwoord op een vraag wordt uitgedrukt door het stellen van een andere, vaak humoristische, vraag waarvoor het antwoord even duidelijk is; populaire voorbeelden zijn onder meer. Poep een beer in het bos? Is de lucht blauw? en is de paus katholiek?

Andere vormen Bewerken

Soms is het geïmpliceerde antwoord op een retorische vraag “Ja, maar ik wou dat het niet zo was” of vice versa:

O machtige Caesar! ligt u zo laag?
Zijn al uw veroveringen, glorie, triomfen, buit,
tot deze kleine mate gekrompen?

– Shakespeare, Julius Caesar, III.i. 148

Het is ook gebruikelijk om een retorische vraag te gebruiken om een debat te beëindigen of om een beslissing af te ronden. Als je bijvoorbeeld intern beslist of je een actie wilt uitvoeren, kun je de dialoog opzij schuiven met een simpel “Eh, waarom niet?”

Retorische vragen kunnen worden gesignaleerd door middel van markeringszinnen; vragen die “tenslotte” of “toevallig” bevatten, kunnen als retorisch bedoeld zijn.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *