Als je in het Engels over de toekomst wilt praten, zijn er verschillende vormen die je kunt gebruiken , inclusief het huidige continue, gaan naar, zullen en zullen. ‘Zal’ en ‘zal’ zijn in veel opzichten het gemakkelijkst te gebruiken vanwege hun eenvoudige structuur, maar ze kunnen ook gemakkelijk door elkaar worden gehaald. Dus wat is het verschil en wanneer moet je ze gebruiken? Lees verder om erachter te komen.
Will
De meest basale en gebruikelijke vorm die wordt gebruikt om de toekomst uit te drukken, is ‘wil’. De structuur van wil is eenvoudig omdat het voor alle onderwerpen hetzelfde is en u niets aan het werkwoord hoeft te veranderen.
Om de negatieve vorm te maken, voegen we niet toe:
Om de vraagvorm te maken, keren we de subject en will:
We gebruiken will voor de volgende situaties:
a ) om de toekomst te beschrijven
- We zijn tot 20.00 uur in het hotel.
- De treinen komen vandaag te laat vanwege het slechte weer.
- Hoe lang blijf je in Hong Kong?
- Hij zal ons het rapport sturen als hij alle gegevens heeft.
b) om een voorspelling te doen
- De wereldbevolking zal de komende 50 jaar enorm groeien.
- Ik denk dat ik in dit bedrijf blijf tot ik met pensioen ga.
- Ze denkt niet ze zal slagen voor het examen.
- Wie denkt u dat het toernooi zal winnen?
c) om een beslissing te geven die is genomen op het moment van spreken
- Ik wil de groentesoep alsjeblieft.
- (De telefoon gaat) Ik beantwoord het.
- Dus dat is het plan – we controleren de verkoopcijfers en jij controleert de uitgaven.
- Jean is daar. Ik ga gewoon hallo zeggen voordat we vertrekken.
d) om een verzoek in te dienen
- Wilt u wat meer water meenemen alstublieft?
- Kom je met mij naar de afspraak?
- Wil je alsjeblieft stil zijn? Ik probeer een belangrijk telefoontje te plegen.
- Je helpt me toch een handje met het avondeten?
e) om beloften en aanbiedingen te doen
- Ik bel je wanneer ik thuiskom.
- Ze helpt je het werk af te maken, maak je geen zorgen.
- We sturen je de goederen zo snel mogelijk.
- Lee en Kim zullen je rondleiden in de stad.
f) om de consequentie van een voorwaardelijke zin te beschrijven:
- Als het regent, neem ik mijn paraplu,
- Als ze de volgende wedstrijd winnen, gaan ze door naar de finale.
- Komt ze eten als ik haar uitnodig?
- We vinden het niet erg als je te laat komt.
Zal
In het verleden werd zal vaak gebruikt als alternatief voor wil, en je kunt veel voorbeelden van zullen vinden in beroemde literaire werken. Maar in modern Engels geven we meestal de voorkeur aan ‘wil’ voor bevestigende en negatieve zinnen. We gebruiken echter nog steeds ‘zullen’ om vragen te stellen met ‘ik’ en ‘wij’, vooral in het Brits Engels.
We vormen zinnen met zullen op dezelfde manier als we doen met wil.
De negatieve vorm wordt gemaakt door niet toe te voegen:
De samentrekkingsvorm, shant, is iets dat we over het algemeen gebruiken in gesproken Engels, maar zelden in geschreven vorm.
We stellen de vraag door het onderwerp om te draaien en ‘zullen’. Hier is het vragenformulier voor alle onderwerpen, hoewel we normaal gesproken alleen zullen gebruiken bij vragen met ik en wij:
We gebruiken zal op de volgende manieren:
a) om aanbiedingen te doen met I / we
- Zal ik wat doen lunch?
- Zullen we je helpen met je koffers?
- Waar zal ik je afzetten? Buiten uw kantoor?
- Zal ik uw planten water geven terwijl u weg bent?
b) om suggesties te doen met I / we
- Zullen we later naar het park gaan?
- Zullen we iets te eten hebben?
- Wie zullen we uitnodigen voor het feest ?
- Wat moeten we doen nadat we de film hebben bekeken?
c) om formele verplichtingen tot uitdrukking te brengen
- Aanvragers dienen hun kwalificaties te bewijzen.
- Gasten mogen niets uit de kamers verwijderen.
- De huurder zal het overeengekomen bedrag betalen op de eerste dag van elke maand.
- De beschuldigde zal op 26 oktober opnieuw voor de rechtbank verschijnen.
d) om een belofte te doen
- Ik zal de hulp die je me gaf nooit vergeten.
- Ik zal niet te laat komen.
- We zullen er alles aan doen om het op te lossen het probleem.
- Het zal niet lang meer duren. Ga zitten terwijl u wacht.
e) om de toekomst heel formeel te beschrijven
- We zullen dit moeilijke moment overwinnen.
- De tests zullen worden uitgevoerd door een onafhankelijke instantie.
- De heer Lopez zal zijn praten om 14.30 uur.
- Toegang tot het stadscentrum is vandaag beperkt vanwege de marathon.
Zal of zal?
Gebruik als algemene regel ‘wil’ voor bevestigende en negatieve zinnen over de toekomst. Gebruik ‘wil’ ook voor verzoeken. Als u met mij / wij een aanbieding of suggestie wilt doen, gebruik dan ‘zal’ in het vraagformulier. Gebruik ‘zal’ voor zeer formele uitspraken, vooral om verplichtingen te beschrijven.
Nu u de verschillen heeft gezien tussen ‘zal’ en ‘zal’, bent u klaar om ze te gebruiken. Oefen wat oefening door onze quizzen te proberen. En probeer in de komende dagen en weken ook zoveel mogelijk ‘wil’ en ‘zal’ te gebruiken wanneer je spreekt, want dit zal helpen om te consolideren wat je hebt geleerd.